06 120 850 34 | info@luutjeniemantsverdriet.nl |
Katholieke en protestantse kinderen speelden samen, maar verkering? Dat ging mooi niet door. Ans Bosch ging naar dansles en bracht haar zusjes en vriendinnen de pasjes bij. Er werd thuis gedanst op bakelieten platen en later in het weekend op dansavonden in de stad. Veel uitgaansmogelijkheden waren er niet in de jaren '50. De dansavonden, de bioscoop en de stamkroeg, daar hield het wel mee op.
Echt getrouwd was je alleen voor de kerk Katholieke en protestantse kinderen speelden samen, maar verkering? Dat ging mooi niet door. Ans Bosch ging naar dansles en bracht haar zusjes en vriendinnen de pasjes bij. Er werd thuis gedanst op bakelieten platen en later in het weekend op dansavonden in de stad. Veel uitgaansmogelijkheden waren er niet in de jaren '50. De dansavonden, de bioscoop en de stamkroeg, daar hield het wel mee op.
Bij ons was altijd muziek. Victor Silvester, daar heb ik dansles op gehad. Dat was een orkest dat speelde alleen maar instrumentaal, daar leerde je dansen op. De Platters, Four Aces. Ik was zelf gek van jazz-zangeressen als Dinah Washington en Ella Fitzgerald. Dansen deed je meer op de populaire muziek. We hadden nog bakelieten platen en een platenspeler, iedereen bracht wat mee en dan werd er gedanst. Met meisjes, want we hadden nog geen verkering. Ik ben als enige naar dansles geweest. Ik was vijftien, halverwege de jaren '50. Ik was er nogal goed in want ik had de dansles er op zitten, had afgedanst en toen kwam Wanders, waar we dansles hadden, aan mijn ouders aan de deur om te vragen of ik nog een gratis les mee wilde doen, want ze kwamen dames tekort. Verder is niemand van ons op dansles geweest, ik heb het ze bijgebracht en iedereen ging dansen, we waren autodidacten, deden de foxtrot en zo.
Op het hoekje van het Koningsplein heeft heel lang discotheek l’Ambassadeur gezeten. Daarvoor was het Astoria, daar hadden ze een dansvloer en daar werden in het weekend dansavonden gehouden. Nu zit er een kledingzaak in. Je had de Gezellenvereniging (nu Kolpinghuis), daar ging de elite naartoe en daar gingen wij ook weleens heen. Astoria en de Gezellenvereniging waren het meest geliefd om te gaan dansen. En omdat er hier veel kazernes zaten, kwamen er ook veel militairen. Vroeger had je niet veel om uit te gaan. Je had een stamkroeg en wij zijn heel veel naar de bioscoop geweest. Je had heel veel bioscopen in Nijmegen, wel een stuk of vijf, zes.
Het grootste deel van de straat was katholiek, aan de overkant woonden veel protestantse mensen en aan onze kant ook wel. We speelden wel met elkaar, bij ons is nooit gezegd: daar mag je niet mee spelen. Maar je moest het niet in je hoofd halen om verkering te krijgen met een protestant, want dat ging niet door. Dat was toen zo. Ik denk dat het al anders was bij onze Bep, wij schelen dertien jaar, van lieverlee werd dat steeds makkelijker. Maar toen ik zover was, nee, dat was niet gebeurd. Ik had toen een vriendje, maar daar heeft mijn vader nog een stokje voor gestoken.
Ik kan me nog herinneren dat Harry en ik al getrouwd waren voor de wet, maar je was toentertijd nog niet echt getrouwd als je niet in de kerk was getrouwd. Maar wij trouwden vast voor de wet, want anders zouden we opnieuw in ondertrouw moeten en dat was hetzelfde ritueel. We zouden vlak daarna een huis krijgen. Dat huis ging niet door en dat heeft een jaar geduurd. Ik bleef gewoon thuis wonen.
Wij waren een keer naar de bioscoop geweest en terwijl we naar de film zaten te kijken was het gaan sneeuwen, en behoorlijk gaan sneeuwen, zo erg dat de bussen niet gingen of heel vertraagd. Dus toen kwam ik veel te laat thuis. Dat vond mijn vader helemaal niet leuk, terwijl Harry me keurig thuisbracht, er was niks aan de hand. Toen was ik nota bene al een half jaar getrouwd.
Het zei ons zo weinig dat toen we vorig jaar met broers en zussen een weekje weg waren, onze zoon belde: waarom hebben jullie niet gezegd dat je vijftig jaar getrouwd bent. Ik zeg: hoe kom je daar nu bij, dat is pas volgend jaar. Nou, zegt hij, er ligt hier een brief van de burgemeester met een fles wijn en een bos bloemen.
Toen wij trouwden, zijn we begonnen in de Hertstraat, in een bovenhuis, tussendoor ‘geëmigreerd’ naar Neerbosch Oost, dat was toen een heel nieuwe wijk, wij zaten met twee kinderen en hadden maar één slaapkamer, dus dat kon niet meer. Er was echt woningnood toen. Daar hebben we vier jaar gewoond en sinds 1971 in de Hindestraat. Iedere dag ging ik wel even een uurtje bij mijn moeder binnen.
Op de foto de Groenestraatkerk gezien vanaf de Willemsweg.